“Schaatsen is echt een fijne sport. De lange slagen, zwieren over het ijs, de beweging, daar kan ik echt van genieten.” Aan het woord is schaatser Klaas Prins (77). Hij is meerdere keren per week op de Alkmaarse ijsbaan te vinden. Op donderdag tijdens de les van de Alkmaarsche IJsclub en in het weekend samen met zijn kleinkinderen.
“Net als heel veel mensen heb ik als kind en als jongere geschaatst op natuurijs. Echt goed heb ik het niet geleerd en later kwam het er niet meer van. Totdat mijn dochter schaatsles wilde gaan nemen en voorstelde om dat samen te gaan doen. Ik was toen 70 jaar. Haar voorstel stimuleerde mij om het te gaan proberen,” start Klaas Prins zijn verhaal.
Nadat er schaatsen werden gehuurd was Klaas eigenlijk meteen verkocht. “Deze schaatsen zaten vast om mijn enkel, ik stond gelijk een stuk beter op het ijs dan vroeger.” Maar dat was het niet alleen. “Mijn herinnering was natuurijs. Met oostenwind waren je handen tegen de tijd dat je je schaatsen aanhad helemaal verkleumd. Natuurijs is ook vaak abominabel slecht. Er zijn wakken, hobbels, riet en vogelpoep. Dit schaatsen op een ijsbaan was echt een openbaring van hoe fijn schaatsen kan zijn.”
Al snel ging Klaas op zoek naar schaatsles. De website van de Alkmaarsche IJsclub sprak hem aan. “Ik vond de manier waarop zij over de lessen schreven heel sympathiek. En dat blijkt op het ijs ook zo. Het zijn echt heel plezierige lessen. En het wonderlijke is: in korte tijd heb ik beter leren schaatsen dan ik ooit heb gedaan. Ik voelde me op de ijsbaan ook gelijk weer zo’n jaar of 16.”
Inmiddels schaatst Klaas al zo’n jaar of zeven. Elke donderdag is er les 9.00 tot 10.15 uur. “En na de pauze trainen we nog een half uurtje door als voorbereiding op de 11-Stedentocht die de ijsclub organiseert,” vertelt hij. “Juist het feit dat wij met een groep les hebben en achter elkaar schaatsen maakt het voor mij extra leuk. We werken aan techniek, conditie en kracht. Maar voorop staat gezelligheid. Niet de prestatie, maar het plezier dat we met elkaar beleven staat op nummer 1.”
De Meent bevalt Klaas goed. “Met de regen schaats je droog. En schijnt de zon, dan schaats je een heel stuk van de baan in de zon. Komt de wind uit het zuidwesten, dan heb je driekwart van de baan de wind in de rug. Dat is echt een luxe!,” vertelt Klaas met een glinstering in zijn ogen.
Klaas schaatst meerdere keren per week op de half-overdekte ijsbaan van De Meent. Op donderdag met de Alkmaarsche IJsclub en in het weekend schaatst hij met zijn kleinkinderen. Soms met meer tegelijk, soms met eentje. Afgelopen weekend op zaterdag met zijn kleindochter van 6, en zondag met de 13-jarige Delphine.
“Volgens mij schaats ik al met opa sinds ik 7 was. Eigenlijk al meer dan 6 jaar geleden,” vertelt Delphine. “Opa vertelde erover en ik ging mee om het uit te proberen. Ik pakte het schaatsenbest snel op. We schaatsen bijna iedere zondag samen en als ik vrij ben van school ga ik op donderdag ook mee. Meestal beginnen we zondagmiddag, soms ook wel eens in de ochtend. En we blijven tot we moe zijn. Of tot de ijsbaan dicht gaat. Het is gewoon heel gezellig om met opa te schaatsen!”
En Klaas? Die is niet alleen trotse opa maar vooral ook een blije schaatser. “De lange slagen, het zwieren over het ijs, de beweging, daar kan ik enorm van genieten. Achter elkaar aan schaatsen tijdens onze lessen maakt het extra leuk. Maar hand in hand met mijn kleinkinderen over de baan, dat voelt écht heel bijzonder!”